Veel meer aandacht nodig voor procesinnovatie
Inhoudstafel
vorige
Terug naar hoofdstuk 1
Verder naar hoofdstuk 2
Lees meer
Buildwise zet in op de bouwprocessen van de toekomst!
Onze sector is aan het veranderen, dat is duidelijk. Deze transformatie naar geïndustrialiseerde bouwmethoden en -processen betekent een grote opportuniteit voor de bouwsector in België. De adoptie van industrialisatie, maar ...
Uit de innovatie-enquête van Embuild Vlaanderen van april 2024 komen de volgende top 5 factoren naar voor die een belemmering vormen voor het initiëren van innovatieprojecten: tijdsgebrek, onvoldoende zekerheid over return on investment, dominantie van gevestigde spelers op de markt, nood aan voldoende gekwalificeerd personeel om innovatie voor te bereiden en uit te rollen, gebrek aan financiële slagkracht of middelen.
De sector is zeer divers, met voornamelijk (zeer) kleine spelers. Ongeveer driekwart van de bedrijven zijn eenmanszaken. Het andere kwart bestaat voornamelijk uit kleine en middelgrote bedrijven. Slechts 1% van de ondernemingen in de bouwsector stelt meer dan 50 werknemers te werk. Men kan het dus hebben over een sterke versnippering van bouwbedrijven, ook wel fragmentatie genoemd. Desalniettemin zijn er enkele zeer grote bedrijven en groepen in de sector actief. Zij hebben onderzoeksafdelingen en kunnen stevig investeren in innovatie. Daardoor lopen ze voorop. De overige bedrijven kampen echter met heel wat obstakels om effectief innovatieve technologieën te gaan gebruiken of processen te veranderen. KMO’s mogen dan wel veel creativiteit aan de dag leggen tijdens de bouw van kleinschalige projecten, met incrementele innovatie als gevolg. Zij slagen er evenwel moeilijk in om die innovatie op te schalen.
Een bouwproces is over het algemeen complexer dan een industrieel proces. Elk bouwproject is uniek, met eigen specifieke eisen, locatie, omgevingsfactoren en klantenwensen. Dit vereist maatwerk en aanpassingen aan specifieke omstandigheden. Materialen en onderdelen moeten vaak ter plaatse opgebouwd, aangepast en/of geïnstalleerd worden, door verschillende actoren die met elkaar moeten samenwerken of hun timing op elkaar moeten afstemmen. Dit maakt het digitaliseren en industrialiseren van het bouwproces zeer uitdagend, vooral om op grote schaal toe te passen.
De hoge kwaliteits- en veiligheidseisen laten een uiterst beperkte marge voor fouten of risico. Dit kan een drempel vormen voor innovatie, omdat innovatieve producten of methoden nog niet lang in gebruik zijn. Het is dan ook niet altijd duidelijk hoe ze presteren ten aanzien van de gangbare oplossingen en wie verantwoordelijk is voor falen. Dit vormt een drempel voor opschaling. Tegelijkertijd vormt het gebrek aan een juridisch kader een horde voor opschaling van innovaties. Het risicomijdend gedrag in de sector en bij de klanten versterkt de belemmering tot innovatie.
Regelgeving/normgeving en bijbehorende certificatie kan innovatie mogelijk maken, maar ook belemmeren. Vanwege veiligheidsrisico’s en verantwoordelijkheden is de sector een van de sterkst gereguleerde sectoren in Europa. Op zich vormen regels, zeker als ze prestatiegericht zijn, geen belemmering voor innovaties, maar gebrek aan flexibiliteit in de toepassing of interpretatie kan dit wel zijn. Vooraleer een innovatie zijn plaats kan verzekerd zien, stroomt er veel water naar de zee. Het toetsen en de criteria kunnen pas ontwikkeld worden eens de innovatie gekend is.
De bouwketen bestaat naast de aannemers uit verschillende andere actoren, zoals architecten, ingenieurs, studiebureaus, ontwikkelaars, onderaannemers en leveranciers. Deze fragmentatie en het gebrek aan ketensamenwerking kan het gebruik van innovatieve technieken aanmoedigen, maar ook vertragen wanneer niet iedereen mee is of met complementaire systemen werkt. Het feit dat de keten ook projectgebonden samenwerkt, kan ook een barrière zijn.
Een bedrijf dat innovatieve technieken wil introduceren en uitrollen moet de medewerkers in huis hebben die bereid zijn om daarmee te werken en daarvoor ook over de nodige competenties beschikken. Een deel van het personeelsbestand is daar vandaag niet klaar voor en gelet op de krapte op de arbeidsmarkt zijn de nodige profielen niet eenvoudig aan te werven. Kennisopbouw en kennisverankering zijn een basis om te kunnen innoveren, maar het is duidelijk dat het projectgebonden karakter van de bouw dit enigszins belemmert.
De marktvraag naar innovatieve bouwproducten of processen is niet altijd aanwezig. Zoals hierboven aangegeven, focust het merendeel van de opdrachtgevers zich nog steeds op de initiële prijs van een bouwproject. Gezien de meeste innovatieve producten of technieken nog niet breed ingang hebben gevonden, zijn ze niet opgeschaald en dus vaak duurder dan de gangbare oplossingen. De financiële opbrengsten op lange termijn zijn vaak nog niet zichtbaar.
De wijze van aanbesteden kan ruimte voor innovatie voorzien of niet.
Innovatie in de bouwsector wordt in beperkte mate door de overheid ondersteund in vergelijking met de industrie en de andere sectoren. Zo zien we dat de subsidies van VLAIO om innovatie en ondernemerschap te stimuleren grotendeels voorbijgaan aan de bouwsector, die nochtans 5,4% van het BBP vertegenwoordigt. Daarbij blijken bouwbedrijven weinig aanvragen in te dienen. Het instrumentarium lijkt te weinig aangepast aan de sector.Bovendien hanteert VLAIO de creatie van bijkomende tewerkstelling als een belangrijk criterium bij de toekenning van steun. Dit is moeilijk toepasbaar op de bouw die kampt met personeelstekorten en waar procesinnovatie net helpt om met de beschikbare arbeidskrachten meer te kunnen realiseren.
Terug naar hoofdstuk 1
Hoewel de bouw- en installatiesector de laatste tien jaar vooruitgang heeft geboekt en innovatie steeds vaker wordt geïntegreerd in processen en diensten, blijft een inhaalbeweging nodig ten aanzien van andere sectoren. Dit is niet alleen in Vlaanderen het geval, maar ook in internationaal perspectief (Transition pathway for Construction, European Commission, 2023) en wordt bijvoorbeeld gestaafd door onderzoek dat aangeeft dat de sector achterop hinkt inzake digitalisering en gemiddeld minder van de eigen middelen investeert in onderzoek en ontwikkeling. Er zijn verschillende oorzaken hiervoor.