Deze publicatie maakt gebruik van cookies

We gebruiken functionele en analytische cookies om onze website te verbeteren. Daarnaast plaatsen derde partijen tracking cookies om gepersonaliseerde advertenties op social media weer te geven. Door op accepteren te klikken gaat u akkoord met het plaatsen van deze cookies.

SCROLL

Verkiezingen 2024

Klimaat en infrastructuur

Partijvoorzitters over investeringen in klimaatbestendig Vlaanderen

Marc Dillen en prof. Johan Albrecht over investeringen in klimaatbestendig Vlaanderen

Frank Geets
Administrateur-generaal van het Agentschap Facilitair Bedrijf

De totale reële noden voor overheidsgebouwen, woningen, waterhuishouding en mobiliteit lopen jaarlijks in de miljarden. Als minimale hefboom dient de Vlaamse overheid jaarlijks een miljard extra te investeren tegen 2029, bijna 2 miljard extra tegen 2034.

Vlaamse overheid dient jaarlijks 7 miljard te investeren in duurzaamheid tegen 2029

Bron: Embuild Vlaanderen

Grafiek 15:

Embuild Vlaanderen schuift investeringsdoelstelling naar voren voor Vlaams Gewest voor woningen, sociale huisvesting, overheidsgebouwen, mobiliteit, blauw en groen (prijzen 2021)

Overheidsinvesteringen 2021

Overheidsgebouwen

Woningen

Blauw en groen

Sociale huisvesting

Mobiliteit

2034

5

2029

4,5

2021

3,6

6

4

2

Bron: Embuild Vlaanderen

Grafiek 16:

Overheidsinvesteringen in Vlaanderen in % BBP dienen volgens Embuild Vlaanderen gestaag toe te nemen

Duurzaamheid is van groot belang bij overheidsinvesteringen om de maatschappelijke uitdagingen zoals milieubescherming, klimaatverandering en het stimuleren van economische groei en werkgelegenheid aan te pakken. De ambitie van Het Facilitair Bedrijf is een geïntegreerd ontwerp- en bouwproces nastreven waarin de verschillende duurzaamheidsaspecten afgewogen en geoptimaliseerd worden om tot toekomstgerichte en leefbare gebouwen te komen. Duurzaamheid, circulariteit en kostenefficiëntie gaan hierbij hand in hand. In onze aanbestedingen nemen duurzaamheidscriteria een prominente rol in. Zo willen we de bouwsector uitdagen in het ontwikkelen van innovatieve duurzame en circulaire businessmodellen die ze later ook kunnen toepassen in andere bouwprojecten. Als Facilitair Bedrijf willen we het goede voorbeeld geven, innovatief en inspirerend. Maar we willen vooral ook een partner zijn.

De transitie richting duurzame woningen, overheidsgebouwen en publieke infrastructuur in de zorg, onderwijs, stedelijke verdichting en op het vlak van mobiliteit, waterhuishouding en biodiversiteit dient versneld te worden doorgevoerd. In de volgende legislatuur dient de Vlaamse regering die energetische en duurzame shift resoluut aan te pakken. Zo kunnen publieke gebouwen en infrastructuur als voorbeeld fungeren en de klimaatuitdaging ten volle ondersteunen. Daarbij is er nood aan een duidelijke regisseur om de kwaliteit van het publieke gebouwenpark op te vijzelen en om klimaatadaptatie in o.a. de waterhuishouding te coördineren. Wat het publieke gebouwenpark betreft kunnen het Facilitair Bedrijf en het Vlaams Energie Bedrijf optimaal worden ingezet. Maar bovenal is er nood aan duidelijkheid over de inspanningen van de overheid enerzijds en hetgeen verwacht wordt van particulieren en de private sector anderzijds. Want de nodige duurzaamheidsinvesteringen lopen hoog op en het leeuwendeel zal voor rekening van huishoudens en ondernemers zijn. Zij dienen meerwaarde te kunnen creëren in een rechtszeker kader waar toekomstige vergunningen niet in het gedrang komen. Op die wijze zullen meer groen, biodiversiteit en een betere waterhuishouding de beoogde economische meerwaarde ten goede komen.     
Voorstel(len)

01

Private woningen en bedrijfsgebouwen:

de overheid gaat vooral stimulerend te werk. Er wordt gezocht op welke manier de middelen de grootste hefboom hebben om private investeringen aan te moedigen. Tegen 2029 dienen de jaarlijkse investeringen van de Vlaamse overheid  in fossielvrije woningen met 213 miljoen euro te stijgen.

Welke minimale overheidsinvesteringen zijn vereist om aan duurzaamheidsnoden te voldoen?

2034

5

2029

4,5

2021

3,6

6

4

2

Bron: Embuild Vlaanderen

Overheidsinvesteringen in Vlaanderen in % BBP dienen volgens Embuild Vlaanderen gestaag toe te nemen

3,42%

3,60%

Grafiek 17:

Totaal overheidsinvesteringen in Vlaanderen iets hoger dan federaal

  • Overheidsinvesteringen in Vlaanderen, in % brp

  • Overheidsinvesteringen in België, in % bbp

2021

2020

2019

2018

2017

2016

2015

2014

Bron: Statistiek Vlaanderen - verwerking Voka

4,00%

3,80%

3,60%

3,40%

3,20%

3,00%

2,80%

2,60%

2,40%

2,20%

2,00%

0%

De investeringen van de Vlaamse overheid dienen te stijgen tot 4,5% van het bruto regionaal product in 2029 en 5% in 2034. Voor de Vlaamse overheid betekent dat een investering van 7,01 miljard euro in 2029 en 7,89 miljard euro in 2034 (prijzen 2021). De totale overheidsinvesteringen van alle overheden samen dienen 13,32 miljard euro in 2029 te bereiken en 14,8 miljard euro in 2034 (prijzen 2021).

Gezien de aanzienlijke investeringsnoden dient de overheid partnerships te sluiten met huishoudens en bedrijven om de doelstellingen te halen. Embuild Vlaanderen vraagt de Vlaamse overheid tegen 2029 budgettaire inspanningen te leveren als hefboom om de aanzienlijke noden waar te maken. Daarbij lijkt een langetermijnplan voor de opstart en uitvoering van PPS-projecten (publiek-private samenwerking) noodzakelijk.

Het behalen van een investeringsnorm is van belang in het licht van de bredere doelstelling om de Vlaamse economie te transformeren naar een duurzame, koolstofvrije economie met goed onderhouden, slimme infrastructuur om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. 

Ecoduct Kikbeek over de E314 in Maasmechelen (ill. agentschap Wegen en Verkeer)

Overheidsgebouwen

Woningen 

Sociale woningen 

Water 

Mobiliteit

1. Verhoging overheidsinvesteringen:
minimaal 4,5% van het BBP in 2029 en 5% in 2034
Bevinding

1. Welke investeringen gebeuren vandaag al of zijn gepland?

2. Welke investeringen zijn noodzakelijk?

De verhouding tussen de investeringen weggelegd voor de overheid en voor de gezinnen en bedrijven hangt sterk af van de sector. In deze analyse maken we per sector een onderscheid. 

Overheden zullen de noodzakelijke investeringen niet volledig zelf kunnen dragen. Partnerships met gezinnen en bedrijven zullen nodig zijn om het investeringsritme op niveau te krijgen. De rol van overheden bestaat enerzijds uit het rechtstreeks investeren en anderzijds uit het aansporen van gezinnen en bedrijven om ook te investeren, bijvoorbeeld via premies, fiscaliteit of verplichtingen. Overheden hebben de cruciale opdracht om een duidelijk en geïntegreerd langetermijnkader te creëren dat de nodige houvast biedt aan deze investeerders. Silodenken is bij beleidsmaatregelen uit den boze, want zeker bij bouwprojecten komen aandacht voor ruimte, water, leefmilieu, energie, circulariteit, digitalisering, veiligheid, nutsvoorzieningen, infrastructuur, biodiversiteit, betaalbaarheid enz. samen.

Welke doelstellingen legt Vlaanderen zichzelf op?

Het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) biedt inzicht in de investeringsbehoeften van de toekomst. Die verschuiven van de klassieke investeringsbehoeften naar een hogere graad van duurzaamheid, hernieuwbare energie, klimaat-adaptatie en klimaatmitigatie. Het VEKP dient wel verder uitgewerkt en geconcretiseerd te worden.

Het VEKP 2021-2030² legde al belangrijke investeringsdoelstellingen op voor het komende decennium:

• Energie: meer hernieuwbare energie, meer gebruik van lokaal opgewekte energie (zonneplan, windplan, warmteplan uitwerken);

• Industrie: energiebesparende maatregelen, circulaire economie, restwarmte opvangen en uitwisselen;

• Transport: duurzame bereikbaarheid van steden, gecombineerde mobiliteit, elektrisch rijden uitbreiden, fietsnetwerk;

• Gebouwen: energetisch renoveren versnellen met financiële ondersteuning, stimuleren van sloop- en heropbouw, fossielvrije nieuwbouw;

• Landbouw: koolstofopslag bevorderen, private tuinen mobiliseren, bijkomende natuur en bos.

 

Daarnaast zijn er volgende prioritaire investeringsdoelstellingen:

• Realisatie van waterveiligheid en waterzuiveringsdoelstellingen en het sigmaplan 

• Realiseren van grote investeringsprojecten: Oosterweel, R0… 

• Voorstel Embuild Vlaanderen: Iedereen betaalbaar wonen tegen 2034

Een enorme uitdaging

Bij het bepalen van de investeringsnorm maken we de afweging tussen enerzijds

Een bottom-up benadering waar we nagaan welke investeringen noodzakelijk zijn om de transititie naar een duurzame, koolstofvrije economie te realiseren en eveneens de historische investeringsachterstand weg te werken

en anderzijds

Een top-down benadering die rekening houdt met een realistisch groeipad van de investeringen van het Vlaams Gewest. Deze benadering geeft ons vooral inzicht in de budgettaire beperkingen.

De investeringsuitdaging is groot op lokaal, regionaal en federaal niveau. Het is daarom belangrijk dat iedere overheid de verantwoordelijkheid neemt over de eigen investeringsbevoegdheden en zeker geen afwachtende houding aanneemt.

Uit de opmaak van de jaarlijkse CO2-inventarissen van de Burgemeestersconvenanten kan we de uitstoot per sector aflezen. De belangrijkste uitstoters van CO2 zijn vervoer, huishoudens gevolgd door de tertiaire sector en de industrie. 

Hoe staan onze overheidsinvesteringen er vandaag voor?

De komende decennia moet Vlaanderen transformeren naar een duurzame, koolstofvrije maatschappij en economie. Er zijn ingrijpende transformaties nodig op het vlak van energie, waterhuishouding en grondstoffen. Deze transformaties kunnen enkele gerealiseerd worden door middel van een sterke toename van investeringen. De overheid zal een belangrijke rol dienen te spelen bij de realisatie van deze investeringen. De overheid moet haar eigen investeringen verder opdrijven en de historische investerings- en onderhoudsachterstand snel wegwerken.

De investeringen in duurzaamheid en de transformatie naar een koolstofvrije economie dienen niet ter vervanging van de ‘klassieke’ investeringen. Sterker nog, deze investeringen zullen de vraag naar ‘klassieke’ investeringen alleen maar versterken. Overheden, maar ook gezinnen en bedrijven, zullen zich moeten voorbereiden op deze dubbele golf aan investeringen. De overheid is niet in staat om deze investeringsgolf zelf te realiseren. Ook bedrijven en gezinnen zullen moeten investeren.

Ondanks extra investeringsinspanningen de afgelopen jaren doet België het relatief slecht vergeleken met de andere EU-landen.

De totale overheidsinvesteringen bedroegen in Vlaanderen 3,6% van het bruto regionaal product. Daarmee presteert Vlaanderen iets beter dan het Belgische gemiddelde. Vergeleken met de buurlanden kent België al jaren een investeringsachterstand. België bekleedde in 2021 plaats 23 van de 27 EU-landen op het vlak van bruto-investeringen in vaste activa. Vlaanderen doet het niet veel beter. We moeten in de eerste plaats een historische achterstand ten opzichte van onze buurlanden wegwerken. Maar dat is niet voldoende. Ook onze buurlanden krijgen te maken met dezelfde uitdagingen op het vlak van klimaat en duurzaamheid en zullen hun investeringen nog verder moeten opvoeren.

Investeren in Vlaanderen is de bevoegdheid van verschillende overheden. In dit hoofdstuk leggen we de klemtoon op de investeringsbevoegdheden en -doelstellingen van het Vlaams Gewest. Het Vlaams Gewest is de grootste publieke investeerder in Vlaanderen en zal zo ook de grootste verantwoordelijkheid dragen in het behalen van de investeringsnorm van minimaal 4,5% van het BBP in 2029 en 5% in 2034.

Want ook gemeenten worden voor een groot deel gefinancierd door het gemeentefonds. Zo heeft Vlaanderen een grote impact op de investeringen die gemeenten kunnen realiseren. Het Lokaal Energie- en Klimaatpact is een goed voorbeeld van hoe Vlaanderen en de lokale overheden kunnen samenwerken om een transitie op vlak van energie en klimaat te realiseren.

Het Vlaams Gewest is goed voor ongeveer de helft van de overheidsinvesteringen in Vlaanderen (5,7 miljard), maar ook de federale overheid (2,5 miljard) en de gemeentebesturen (1,9 miljard) zijn grote investeerders.

Vlaams Gewest

5.678

1,92%

Federale overheid*

2.542

0,86%

Sociale verzekeringsinstellingen*

46

0,02%

Vlaamse gemeentebesturen

1.909

0,64%

Autonome gemeentebedrijven (AGB)

195

0,07%

Provinciebesturen

142

0,05%

Welzijnsverenigingen

135

0,05%

Autonome provinciebedrijven

10

0,00%

Eindtotaal

10.657

3,60%

Tabel 2:

Investeringsinspanningen in Vlaanderen, in miljoen euro (2021), In % BRP

Bron: Statistiek Vlaanderen - verwerking Voka

Bron: lokaal Energie- en Klimaatbeleid – verwerking Embuild Vlaanderen

Grafiek 18:

Aandeel CO2-uitstoot per sector, 2021

In %

Analyse

De EU Taxonomy Regulation vormt een onderdeel van het "Action Plan on Sustainable Finance" van de Europese Commissie dat ...

Taxonomie

ⓒ frederikbeyens

Lien van Besien

Departement Omgeving, Verantwoordelijke partnerschappen groene en blauwe omgevingskwaliteit

Wat we nog veel meer moeten doen is adaptief (ver)bouwen, in symbiose met de omgevingsfactoren. Ik geloof dat het kan, ecologische principes toepassen op en rond bouwwerken. Hoe en waar je een gebouw optrekt, de helling, reliëf, bodem, waterhuishouding, beschaduwing, het aanwezige groen, denken op wijkniveau enz. Er is zo veel werk aan de winkel bij de transitie naar onze Omgeving van de Toekomst. Het Departement Omgeving heeft voor enkele van die aspecten een samenwerking opgebouwd met Embuild Vlaanderen. Naast de bouwagenda, werken we ook samen aan het Groenblauwpeil dat elke burger inzicht en tips geeft over water en groen op zijn perceel, en aan een beoordelingskader voor biodiversiteit in bouwprojecten dat we graag zouden zien evolueren naar een onderdeel van de omgevingsvergunning.”

Patrick Willems

Professor waterbeheer KU Leuven & Voorzitter VLARIO

De klimaatuitdagingen bieden ook kansen voor de bouwsector. Vasthouden en infiltreren van regenwater kan hand in hand gaan met het vergroenen en verfraaien van de bebouwde leefomgeving. Aangezien steeds meer verdichting zich opdringt, moet er voldoende ruimte voor hemelwater worden voorzien zowel op privaat als publiek domein. Hiervoor zijn groenblauwe oplossingen het meest geschikt.

Voorstel(len)

01

Stel een ambitieus meerjarenplan over verschillende legislaturen op

Aanzienlijke investeringen zijn noodzakelijk om Vlaanderen klimaatrobuust te maken. Het gaat om investeringen in gebouwen, infrastructuur en natuur in stedelijke omgevingen en kernen, in het buitengebied, nabij waterwegen enz. Ook voor de strijd tegen erosie en sedimentbeheer dienen de nodige langetermijnbudgetten vrijgemaakt te worden. Dat vergt een meerjarenprogramma met inbegrip van een structurele toename van de onderhoudsbudgetten (kunstwerken, oevers, rioleringen…).

Buffering van water in het vakantiedorp Terhills (ill. Habenu van de Kreeke)

2. Naar een klimaatrobuust Vlaanderen 
Bevinding

Met de Blue Deal werden de voorbije legislatuur de eerste stappen gezet om Vlaanderen voor te bereiden op droogteperiodes en waterschaarste. Daarnaast kan hevige regenval tot aanzienlijke wateroverlast leiden. Alle experten wijzen daarom op het belang van een ambitieus meerjarenplan over verschillende legislaturen heen. Daarvoor dienen aanzienlijke middelen, tot een miljard euro per jaar, vrijgemaakt te worden.

Om en bij de 500.000 Vlamingen wonen in watergevoelige woonkernen. Aangezien steeds meer verdichting zich opdringt, is het noodzakelijk om bestaande en nieuwe gebouwen maximaal te beschermen tegen overstromingen en wateroverlast. Tegelijkertijd kunnen stedelijke centra en dorpskernen aangepast worden aan hittestress en droogte.

Aanhoudende droogteperiodes, dalende grondwaterstanden, hittestress in de stad, overvloedige neerslag, overstromingen en wateroverlast, verlies aan biodiversiteit… Geen ver van ons bed show, want zulke gevolgen van de klimaatverandering worden ook in Vlaanderen steeds zichtbaarder. Om Vlaanderen te wapenen en klimaatrobuust te maken, is de bouwsector een cruciale partner. Dat gaat van het gebouwenpatrimonium, infrastructuur en nutsvoorzieningen tot de herinrichting van de publieke ruimte en ingrepen in de open ruimte.

Analyse
Voorstel(len)

01

Zorg voor een meer gestroomlijnde vergunningverlening

Het onderzoek naar de milieueffecten van een bemaling en de toepassing van de bemalingscascade dienen integraal en op voorhand, tijdens de ontwerp- en vergunningsfase van een project, onderzocht te worden. Zodanig dat eenmaal de vergunning voor het globale project werd beoordeeld er geen stilstand meer zal optreden tijdens de uitvoeringsfase. Hierbij moet het detailniveau in het aanvraagdossier afgewogen worden tegen de praktische uitvoerbaarheid op het terrein. 

Daarnaast moet een werkbare procedure met aangepaste termijnen voorzien worden voor het bijstellen van een omgevingsvergunning voor bemalingen en andere tijdelijke werfgebonden inrichtingen.

Doordat de vergunningsverlening voornamelijk gebeurt door steden en gemeenten, is er gezien de complexiteit van bemalingen nood aan heldere sectorale voorwaarden, eenvoudige handleidingen en tools  en doelgerichte opleidingen.

Overkapping van de R1 aan het Sportpaleis (ill. Lantis)

3. Duurzame bemalingen bij bouwwerken
Bevinding

De complexiteit van bemalingen

Vooraleer je een bemaling kan opstarten, is een grondig vooronderzoek vereist over de directe milieu-impact, de opgepompte debieten, de mogelijke aantrekking van verontreiniging uit de omgeving, de invloed op nabije natuur, de kwaliteit van het bemalingswater en eventueel zuiveringsconcept, mogelijke locaties voor retourbemaling en infiltratie en mitigerende maatregelen, zoals funderingstechnieken in synergie met bemaling-retourbemaling, om de impact te verkleinen of zelfs weg te werken.

Dankzij dat vooronderzoek creëer je maximale mogelijkheden om van bij het ontwerp het project zelf nog te kunnen aanpassen aan de vastgestelde analyses. Hierdoor kunnen de kosten van bemalingen en funderingswerken beter ingeschat worden en kan de uitvoering op het terrein beter voorbereid worden. Daardoor worden onaangename verrassingen bij de start of tijdens de werkzaamheden vermeden.

De vergunningverlening van bemalingen

Uit een analyse van Embuild Vlaanderen van de data uit het omgevingsloket blijkt in de voorbije 3 jaar een sterke toename van het aantal meldingen voor bemalingen. Die nemen een steeds grotere hap uit alle meldingsdossiers bij de overheid. Die stijging gaat gepaard met meer stopgezette of niet-rechtsgeldige meldingsdossiers dan voorheen. Ook de goedkeuringsratio bij een vergunningsaanvraag voor een bemaling ligt laag. Het is dus niet evident om een dossier voor een bemaling tot een goed einde te brengen.

Tegelijkertijd wordt vastgesteld dat de huidige procedures voor het bijstellen van een omgevingsvergunning, zowel qua voorwerp, duur of voorwaarden, niet afgestemd zijn op de realiteit van bemalingen. Wanneer vastgesteld wordt dat aangevraagde, theoretische berekende debieten overschreden zullen worden, dan kunnen de huidige procedures en termijnen voor de aanpassing van de vergunning van een lopende bemaling niet toegepast worden. Want een bemaling kan niet zonder meer stopgezet worden. Hierdoor worden ongewild inbreuken tegen de milieuregelgeving gepleegd.

Het tijdelijk oppompen van grondwater bij bouwwerkzaamheden is vaak noodzakelijk, maar ligt onder druk door lange periodes van droogte en lage grondwaterstanden. Toch vraagt de maatschappij naar kwaliteitsvolle verdichtingsprojecten met ondergrondse kelders en parkings, de aanleg en renovatie van rioleringen en andere nutsinfrastructuur, de plaatsing van collectieve hemelwaterputten en investeringen in weg- en tunnelinfrastructuur. Daarnaast zorgt de alom aanwezige verspreiding van verontreiniging in Vlaanderen, met o.a. PFAS, voor extra uitdagingen.

De bouwsector staat achter de principes van de bemalingscascade om de impact van een bemaling op de omgeving maximaal te beperken, maar stelt vast dat op dit moment de bouwheer meestal alle verantwoordelijkheden en verplichtingen bij de aannemer en het boorbedrijf legt. Maar de Raad voor Vergunningsbetwistingen oordeelde dat de mogelijke milieueffecten van een bronbemaling moeten beoordeeld worden bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project, ook al laat het Omgevingsvergunningsdecreet toe dat de aanvraag voor die bronbemaling kan gebeuren tijdens de uitvoeringsfase van dat project (Arrest RvVb-A-2223-0160 van 27/10/2022).

Analyse

Buildwise en Embuild Vlaanderen slaan de handen in elkaar om met het COOCK project...

Grondwater in de bouw